Coins, Currency and Medals November 2016

Dinsdag 15 november

Prebid tot: Dinsdag 15 november, 10.00 uur

- Koninkrijk losse nummers 2100 - 2970 van 13.00 uur tot ca. 17.00 uur
- Koninkrijk lots 3000 - 3446 van 18.00 uur tot ca. 20.00 uur

 

Woensdag 16 november

Prebid tot: Dinsdag 15 november, 18.00 uur

- Penningen 5600 - 6132 van 10.00 uur tot ca. 16.00 uur
- Onderscheidingen 6200 - 6272 "
- Varia 6300 - 6503 "
- Antieke munten 1 - 866 van 14.00 uur tot ca. 18.00 uur

 

Donderdag 17 november

Prebid tot: Donderdag 17 november, 18.00 uur

- Bankbiljetten 6600 - 7452 van 13.00 uur tot ca. 17.00 uur
- Munten en penningen schriftelijk 7500 - 7974 alleen schriftelijk

 

Vrijdag 18 november

Prebid tot: Donderdag 17 november, 18.00 uur

- Provinciale munten 1000 - 2096 van 10.00 uur tot ca. 15.00 uur
- Buitenlands losse nummers 3500 - 4561 van 15.00 uur tot ca. 19.30 uur

 

Zaterdag 19 november

Prebid tot: Vrijdag 18 november, 12.00 uur

- Buitenland lots 4600 - 5524 van 11.00 uur tot ca. 15.30 uur

Kijkdagen

DatumTijd

Veilingschema

Kavel 2307

Inzet: € 40000,00
Kavel 2307
1 Gulden 1867 (Sch. 619) - Vz. Borstbeeld van Willem III naar rechts met daaronder I.P.S. (J. P. Schouberg) , omschrift ‘WILLEM III KONING DER NED. G.H.V.L.’ / Kz. Gekroond wapen van Nederland tussen 1-G. onder het wapen 100 c, omschrift ‘MUNT VAN HET KONINGRYK DER NEDERLANDEN’. Van de grootste zeldzaamheid RRRR, Proof, met gepolijste stempels geslagen, in NGC-slab met PF61 CAMEO Volgens de officiële opgaven zijn door 's Rijks Munt in 1867 voor de circulatie enkel rijksdaalders en halve centen geslagen. Er zijn echter wel twee complete series munten afgeleverd ten behoeve van de Nederlandse inzending voor de internationale tentoonstelling van maten, gewichten en munten op de Wereldtentoonstelling van Parijs. De opdracht hiervoor dateert van september 1866. Het ging om twee exemplaren van alle Nederlandse en Nederlands Indische muntstukken, die door het lid van het Munt-College Hora Siccama systematisch in een 'foudraal' werden gerangschikt, en hiernaast om enkele gedrukte stukken m.b.t. de muntwetgeving èn om exemplaren van de postzegels die bij 's Rijks Munt voor Nederlands Indië waren vervaardigd, zowel van het oude als van het nieuwe model. De muntmeester kreeg opdracht de munten te vervaardigen als 'proefmunten' dat wil zeggen met dezelfde status als de muntstukken die steekproefsgewijs door het Munt-College uit de productie werden gehaald ter controle van de kwaliteit, en zo behoefden zij niet onder de muntslag voor de circulatie te worden verantwoord. Op dezelfde basis is overigens in oktober 1866 een complete serie munten voor ƒ 60 toegezegd aan de Rotterdamse koffiehandelaars Schleusser & Staengle voor toezending aan een Amerikaanse handelspartner, hetgeen waarschijnlijk gelijktijdig met de aanvraag voor Parijs is afgehandeld. Het is goed mogelijk dat voor de gulden, waarnaar in de voorafgaande jaren steeds vraag was geweest, eind 1866 al stempels met het jaartal 1867 waren vervaardigd en dat die voor deze opdracht zijn gebruikt. Met betrekking tot de oplage van deze en andere munten uit de periode van Willem II en III worden soms ‘exacte’ aantallen genoemd en soms wordt de term ‘enkele stuks’ gebruikt. In de meeste gevallen wordt met ‘enkele stuks’ een oplage van enkele honderden exemplaren bedoeld. In het geval van de dubbele gouden dukaat van 1867 en deze Gulden van 1867 gaat het bij ‘enkele stuks’ echter om een veel kleiner aantal. Op verzoek van de Nederlandse regering werden slechts twee exemplaren aangemunt voor de wereldtentoonstelling in Parijs. Hoogstwaarschijnlijk is van beide munten nog een derde exemplaar vervaardigd t.b.v. de eerdergenoemde koffiehandelaars. Uit niet-officiële bron komt het bericht dat de officieel geslagen stukken destijds tijdens een tentoonstelling zijn ontvreemd en dat een leeg foudraal bij een Parijse vuilnisbak werd teruggevonden. Dit verklaart de afwezigheid van de Gulden 1867 in de collecties van ‘s Rijksmunt, Het Koninklijk Penningkabinet, De Nederlandsche Bank en daarmee ook het latere Geldmuseum. Een aantal numismaten heeft destijds geprobeerd op basis van voorgekomen exemplaren een schatting te maken van de oplage en toen een oplage van 4 stuks gepubliceerd. Dit aantal is vervolgens overgenomen in achtereenvolgens de Mevius, de World Coins van Krause en bijvoorbeeld de NGC-priceguide. Naar onze bescheiden mening is er mogelijk sprake geweest van een dubbeltelling en is het werkelijke aantal waarschijnlijker de eerder genoemde 3 exemplaren die uit de verslagen van Rijksmunt naar voren komen. De dubbele dukaat en de Gulden van 1867 zijn daarmee zonder enige twijfel verreweg de zeldzaamste munten uit de regeringsperiode van Willem III, en behoren tot de grootste zeldzaamheden van het koninkrijk der Nederlanden.
Bekijken

Biedstappen

vantotStap
051
583
8102
10133
13152
15183
18202
20233
23252
25283
28302
30333
33352
35383
38402
401005
10030010
30050020
500100050
10003000100
30005000200
500010000500
10000300001000
30000500002000
500001000005000
10000030000010000
30000050000020000
500000100000050000
10000003000000100000
30000005000000200000
5000000-500000

Deze website gebruikt cookies

We gebruiken cookies om inhoud en advertenties te personaliseren, om functies voor sociale media te bieden en om ons verkeer te analyseren. We delen ook informatie over uw gebruik van onze site met onze sociale media-, advertentie- en analysepartners die deze kunnen combineren met andere informatie die u aan hen heeft verstrekt of die zij hebben verzameld door uw gebruik van hun services.